Saté 

Saté is van oorsprong een Indonesisch en Maleisisch gerecht, bestaande uit drie of meer stukjes geroosterd vlees op een dunne houten spies, meestal van bamboe. De Indonesische naam ervoor is saté (soms ook sateh of satai). In 

Je hebt saté in meerdere soorten. Saté babi (varkens- of rundvlees) en Saté Ayam (kippenvlees) zijn de meest gangbare, maar je hebt bijvoorbeeld ook Saté Kambing met geitenvlees. 

Wanneer ik saté maak is het meestal Babi en af en toe Ayam. Denk eraan dat bij kip de dijen het meest geschikt zijn en bij varkens de haas. Vandaag mijn recept voor de eerste. 

En ondanks dat het er voor mij niet bij hoeft, leer ik je ook hoe satésaus te maken. 

We gaan een lekkere portie maken en nemen 500 gr varkenshaas. Meer of minder mag ook, dan pas je eenvoudig alle andere hoeveelheden aan. Ook hamlappen o.id. zijn prima geschikt, haas is wat luxer. 

In een grote kom gaan: 

• 3 teentjes knoflook (fijngehakt) 

• 3 el ketjap manis 

• 2 el sojasaus 

• 1 el honing of bruine suiker 

• 1 tl gemalen koriander 

• 1 tl komijnpoeder 

• 1 tl kurkuma 

• 1 el plantaardige olie 

• Sap van 1 limoen 

Meng alle ingrediënten in de kom. Voeg de vleesblokjes toe en laat het minimaal 1 uur marineren (bij voorkeur langer, tot 8 uur, in de koelkast). 

Rijg de gemarineerde vleesblokjes aan de satéprikkers. Deze zijn ongeveer 15 tot 20 cm lang en er gaan 4 blokjes vlees aan. Zo kun jij de stokjes simpel draaien zonder je vingers te branden. 

Grill de saté op een barbecue, grillpan of onder de ovengrill. Draai ze regelmatig om en bestrijk tussendoor met de overgebleven marinade. Grill tot het vlees goudbruin en gaar is (ongeveer 10-15 minuten). 

Voor de saté- ook wel pindasaus verwarmen we 200 ml kokosmelk op laag vuur in een pan. Voeg 4 el pindakaas toe en roer tot een gladde saus ontstaat. Voeg vervolgens 2 el ketjap manis, 1 el sojasaus, 1 tl samba1 el l, bruine suiker het sap van een ½ limoen toe. Laat de saus zachtjes pruttelen tot hij dikker wordt. Wat meer pindakaas of sambal is oké, maak het niet te heet want niet iedereen geeft daarom. 

Serveer de saté met de warme pindasaus. Lekker met rijst, atjar, kroepoek en een frisse komkommersalade.